Loonvordering van werknemer bij tweede ziekte-uitval gedeeltelijk toegewezen, omdat een nieuwe loondoorbetalingsperiode van 104 weken was aangevangen. De kantonrechter laat daarbij in het midden of de door werknemer verrichte werkzaamheden al dan niet aangepaste werkzaamheden waren.

Loonvordering. Werkgever is er niet in geslaagd te bewijzen dat een deel van het loon contant is betaald.

Werknemer sluit met werkgever vaststellingsovereenkomst zonder toestemming van de bewindvoerder.

Nulurencontract: arbeidsomvang. Aanspraak op betaling van achterstallig loon, vakantietoeslag, uitbetaling van openstaande vakantie-uren.

Partijen verschillen van mening over de vraag of werkgeefster de arbeidsovereenkomst met werknemer op 2 juni 2025 per direct heeft opgezegd en of alle gewerkte uren zijn betaald.

Schending zorgplicht: werkgeefster heeft een op haar rustend veiligheidsvoorschrift overtreden door de 15-jarige werknemer in de uitoefening van zijn werk met de scooter maaltijden te laten bezorgen.

Werkgever geslaagd in bewijsopdracht. Werkneemster wist dat onder werktijd door werknemers van de businessunit waar zij voor werkte in haar woning werkzaamheden werden verricht, zonder dat werkgever dit wist. Ernstig verwijtbaar handelen werkneemster. Ontbinding arbeidsovereenkomst.

Vlak voor einde wachttijd wegens twee jaar arbeidsongeschiktheid ontstaat er een verstoorde arbeidsverhouding. Geen recht op een billijke vergoeding en het loon in de periode tussen einde wachttijd en ontbindingsdatum.

Ontslag op staande voet blijft in stand. Verzoek tot vernietiging is te laat ingediend. Inschakeling recherchebureau. Geen recht op transitievergoeding. Loonstop was terecht.

De kantonrechter is het eens met werknemer dat hij die beëindigingsovereenkomst tijdig heeft ontbonden.