Rechtspraak
Rechtbank Amsterdam (Locatie Amsterdam), 18 juli 2025
ECLI:NL:RBAMS:2025:5999
Feiten
Werkneemster is vanaf 15 augustus 2022 in dienst bij Spotzer Digital B.V. Zij woont en werkt in Nederland op basis van een verblijfsvergunning als kennismigrant. Per 1 december 2022 is de functie van werkneemster gewijzigd naar 'talent acquisition manager', met aanpassing van het salaris. In de arbeidsovereenkomst staat een nevenwerkzaamhedenbeding opgenomen. Op 26 juli 2023 heeft werkneemster zich ziek gemeld. In oktober 2023 hebben partijen gesproken over de nevenwerkzaamheden van werkneemster voor haar eigen onderneming. Werkneemster heeft naar aanleiding van dat gesprek toegezegd deze nevenwerkzaamheden te beëindigen. Op 21 januari 2025 ontving Spotzer een doorgestuurde e-mail van de onderneming van werkneemster, ondertekend door werkneemster. Spotzer heeft werkneemster op 28 januari 2025 op staande voet ontslagen vanwege het – tijdens ziekte – verrichten van werkzaamheden voor haar eigen onderneming. Werkneemster verzoekt vernietiging van het ontslag op staande voet en doorbetaling van loon. Spotzer verzoekt voorwaardelijk de arbeidsovereenkomst te ontbinden.
Oordeel
De kantonrechter oordeelt als volgt.
Ontslag op staande voet – geen dringende reden
Naar het oordeel van de kantonrechter heeft werkneemster onvoldoende ondernomen om haar toezegging aan Spotzer dat zij zou stoppen met de werkzaamheden voor haar onderneming, gestand te doen. Zij had haar opvolger moeten instrueren dat haar naam niet langer verbonden kon zijn aan het bedrijf. Dat zij in januari 2023 nog als boegbeeld van het bedrijf is gebruikt, kan haar derhalve worden verweten. De e-mail van 21 januari 2025 rechtvaardigt echter geen ontslag op staande voet. Dat werkneemster opzettelijk achter de rug van Spotzer om haar werkzaamheden bij haar onderneming heeft voortgezet is niet gebleken. Het verwijt dat werkneemster kan worden gemaakt is dat zij te weinig heeft ondernomen om een mailing zoals die van 21 januari 2025 te voorkomen. Dat kan haar – zoals gezegd – worden aangerekend, maar dat betekent niet dat haar dienstverband met onmiddellijke ingang moest eindigen. Het ontslag op staande voet wordt vernietigd.
Ontbinding arbeidsovereenkomst (e-grond)
De kantonrechter overweegt dat het wederzijds vertrouwen tussen partijen inmiddels ernstig is beschadigd. Dat dit vertrouwen nog kan worden hersteld ligt niet in de verwachting. De noodzakelijke basis om de arbeidsrelatie in de toekomst duurzaam te herstellen ontbreekt. Dit betekent dat sprake is van een voldragen g-grond. De vertrouwensbreuk overstijgt de vraag of werkneemster haar functie naar behoren uitoefent en raakt de verhouding tussen partijen als geheel. In zo’n geval is herplaatsing in een andere functie niet aan de orde. Ontbinding van de arbeidsovereenkomst volgt. Werkneemster heeft recht op een transitievergoeding van € 6.295,82 bruto.
Billijke vergoeding
Nu Spotzer de arbeidsovereenkomst met werkneemster heeft opgezegd in strijd met artikel 7:671 BW, kan aan werkneemster een billijke vergoeding worden toegekend. De kantonrechter stelt de billijke vergoeding vast op een bedrag ter hoogte van één brutomaandsalaris vermeerderd met vakantietoeslag, te weten € 5.833,24 bruto.