Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Universiteit Twente
Rechtbank Overijssel (Locatie Enschede), 28 juli 2025
ECLI:NL:RBOVE:2025:5089
Interview waarin werknemer wordt genoemd kwalificeert als een overtreding van het geheimhoudingsbeding en niet als verschillende overtredingen per keer dat werknemers naam wordt genoemd. Boete voor voortduren (op internet) beperkt tot datum verzoek universiteit aan Argos om het (deel van het) interview te verwijderen.

Feiten

Werknemer is per 1 februari 2005 in dienst getreden bij de Universiteit Twente als universitair docent. Op 1 maart 2023 is het dienstverband door werknemer opgezegd en is een vaststellingsovereenkomst opgemaakt. Daaraan voorafgaand speelde tussen partijen een klachtenprocedure bij de Commissie Wetenschappelijke Integriteit van de Universiteit Twente (CWI ) en vervolgens bij het Landelijk Orgaan Wetenschappelijke Integriteit (LOWI), dat uiteindelijk het bestuur van de Universiteit Twente heeft geadviseerd de klacht tegen werknemer ongegrond te verklaren. In de vaststellingsoverenekomst is een geheimhoudingsbeding opgenomen. Op 29 maart 2025 is in het radioprogramma Argos op NPO Radio 1 een interview uitgezonden waarin de rector magnificus van de Universiteit Twente aan het woord is en waarin het ook (even) is gegaan over werknemer. Werknemer vordert nakoming van het geheimhoudingsbeding en betaling van boetes.

Oordeel

De kantonrechter oordeelt als volgt. 

Interview waarin werknemer wordt genoemd kwalificeert als een overtreding van het geheimhoudingsbeding en niet als verschillende overtredingen per keer dat werknemers naam wordt genoemd; boete voor voortduren (op internet) beperkt tot datum verzoek universiteit aan Argos om het (deel van het) interview te verwijderen

De kantonrechter schat dat de bodemrechter tot de conclusie komt dat de diverse uitlatingen in het interview zullen worden gezien als één misstap van de Universiteit Twente en dus eenmaal een schending opleveren van het geheimhoudingsbeding bestaande uit het overtreden van de leden 1 en 2 van artikel 8. Daarvan uitgaande maakt het niet uit of twee uitlatingen leiden tot overtreding van de artikelleden 1 en 2 van artikel 8 of tien uitlatingen binnen het interview. Dit enerzijds gelet op de tekst van artikel 8 (waarin het gaat over uitlatingen en mededelingen in welke vorm ook) en anderzijds omdat het voor de hand ligt dat het interview in zijn geheel als schending van het geheimhoudingsbeding worden gezien, niet de afzonderlijke zinnen in dat ene interview.

Vervolgens is de vraag wat de bodemrechter zal beslissen ten aanzien van het “voortduren van de inbreuk”. De kantonrechter acht voldoende aannemelijk dat de bodemrechter het beding zo zal uitleggen dat het niet alleen gaat om iedere dag dat een overtreding wordt begaan, maar ook om het voortduren van het gevolg van een eerdere overtreding. Het radioprogramma is immers ook na 29 maart 2025 te beluisteren en inmiddels blijkbaar doorgeplaatst op internet. Dat betekent niet dat een overtreding als de onderhavige tot in het oneindige kan doorlopen, zonder dat de Universiteit Twente de overtreding kan beëindigen. De kantonrechter schat in dat de bodemrechter tot de conclusie komt dat de overtreding qua duur moet worden gelimiteerd en daarbij aansluiting zal zoeken bij een van de omstandigheden als bijv. de dag waarop de Universiteit Twente werknemer heeft aangeboden Argos te verzoeken een deel van het programma te verwijderen of de dag waarop zij dit verzoek aan Argos daadwerkelijk heeft gedaan. Voorshands oordelend acht de kantonrechter niet voldoende aannemelijk dat de bodemrechter zal bepalen dat boetes ook verschuldigd zijn na 4 april 2025. Dat was de datum waarop de Universiteit Twente aan werknemer vroeg welke informatie hij verwijderd wilde hebben dan wel welk geluidsfragment werknemer verwijderd wilde hebben en waarna het van de zijde van werknemer een tijd stil bleef.

Overtreding van het geheimhoudingsbeding leidt tot € 22.000 aan boetes.