Feiten

Werkneemster is op 2 september 2024 in dienst getreden bij De Fietsenwacht als telefoniste/receptioniste tegen een nettomaandsalaris van € 2.200. Op 22 november 2024, vlak voor haar vakantie, vond een woordenwisseling plaats tussen werkneemster en een collega. Werkneemster verliet daarop het kantoor, maar keerde later terug en tekende een door werkgever opgesteld document waarin haar ontslag was vastgelegd. Op 25 november 2024 bevestigde werkgever per Whatsapp het ontslag, waarop werkneemster reageerde met “dit was niet de afspraak”. Op 27 december 2024 vroeg werkneemster om haar eindafrekening en bonus. Zij verzoekt onder meer vernietiging van de opzegging en stelt dat zij geen ontslag heeft genomen. Werkgever stelt dat werkneemster vrijwillig ontslag heeft genomen na herhaald overleg en een duidelijke uiting van haar wens om te vertrekken.

Oordeel

De kantonrechter oordeelt als volgt. De aanvullende informatie van de werkgever van 28 februari 2025 is te laat ingediend en blijft buiten beschouwing. De vraag is of werkneemster haar arbeidsovereenkomst zelf heeft opgezegd. Voor een geldige opzegging is een duidelijke en ondubbelzinnige verklaring vereist. De kantonrechter acht aannemelijk dat werkneemster die verklaring heeft afgelegd, gelet op haar uitlatingen (“Ik ben er klaar mee”), haar ondertekening van het opzegdocument, de mededeling dat zij ander werk had gevonden en het verzoek om een eindafrekening. Ook heeft zij de opzegging niet tijdig ingetrokken. De arbeidsovereenkomst is daarmee rechtsgeldig geëindigd op initiatief van werkneemster. Haar verzoeken worden afgewezen en zij wordt veroordeeld in de proceskosten.