Rechtspraak
Rechtbank Overijssel, 17 juli 2025Feiten
Werkneemster is op 15 november 2024 voor de duur van één jaar in dienst getreden bij werkgeefster, een bedrijf dat zich richt op het ontwikkelen van software en het exploiteren van een serviceplatform. Werkneemster is werkzaam als chief marketing officer voor 8 uur per week. Er geldt een proeftijd van één maand. Daarnaast heeft werkneemster een service agreement gesloten met bedrijf X, een onderneming gelieerd aan werkgeefster. Deze overeenkomst loopt tot en met 31 december 2024 en hierop is het recht van de Verenigde Arabische Emiraten van toepassing. Bij e-mail van 21 januari 2025 heeft werkgeefster aan werkneemster een vaststellingsovereenkomst tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst voorgelegd. Bij e-mail van 27 januari 2024 wijst werkneemster werkgeefster erop dat zij in dienst is tot 15 november 2025 en dat het salaris van € 1200 netto per maand vanaf januari nog moet worden voldaan. Werkneemster biedt voorts aan haar werkzaamheden te hervatten. In een reactie van 30 januari 2025 schrijft bedrijf X aan werkneemster dat het beter is als partijen hun eigen weg gaan en dat zij werkneemster toewenst dat zij een baan vindt die beter bij haar past. Werkneemster vat dit op als een opzegging van de arbeidsovereenkomst en verzoekt de kantonrechter de opzegging te vernietigen. Ook verzoekt zij te worden toegelaten tot het werk en veroordeling van werkgeefster tot betaling van het achterstallig en toekomstig salaris. Werkgeefster voert verweer en wijst erop dat er geen geld is om het salaris te betalen.
Oordeel
De kantonrechter oordeelt als volgt. Voor zover de e-mail van 30 januari 2025 is bedoeld als opzegging, wordt vastgesteld dat deze is verstuurd namens bedrijf X en niet namens werkgeefster. Werkgeefster heeft ook geen verzoek ingediend bij het UWV of bij de kantonrechter. Partijen hebben evenmin overeenstemming bereikt over de beëindiging van de samenwerking. De conclusie is dan ook dat de arbeidsovereenkomst nog voortduurt tot 15 november 2025, of het moment dat deze eerder rechtsgeldig wordt beëindigd. Nu de arbeidsovereenkomst niet is opgezegd, wordt het verzoek tot vernietiging van de opzegging afgewezen. Zolang de arbeidsovereenkomst voortduurt, moet werkgeefster het loon doorbetalen zoals gevorderd. Ook het achterstallige salaris dient door werkgeefster te worden betaald. Zij stelt weliswaar dat er geen geld is om te betalen, maar dat doet niet af aan de betalingsverplichting en het is aan werkgeefster om dit op te lossen.