Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Alpha Climate Services B.V.
Gerechtshof Den Haag (Locatie Den Haag), 20 mei 2025
ECLI:NL:GHDHA:2025:1032
ICT-beheerder is als gevolg van overgang van onderneming in dienst gekomen van verkrijger. Aannemelijk dat zakelijke klanten vervreemder door verkrijger zijn overgenomen en daarmee de activiteiten van vervreemder zijn voortgezet. Dat vervreemder is blijven bestaan doet hier niet aan af.

Feiten

Werknemer is op 1 juli 2020 in dienst getreden bij Bens Climate Services B.V. (hierna: Bens) als ICT-beheerder. Werknemer heeft vanaf het begin van zijn dienstverband met Bens ook werkzaamheden uitgevoerd voor Alpha Climate Services B.V. (hierna: Alpha). Op 31 oktober 2023 heeft de bestuurder van Bens (met werknemer in de cc) een e-mail naar een klant gestuurd met de mededeling dat de bedrijfsvoering voor de zakelijke klanten van Bens vanaf 1 november 2023 wordt ondergebracht onder Alpha. Bij kortgedingvonnis van 17 mei 2024 is Bens onder meer veroordeeld tot betaling aan werknemer van achterstallig salaris, alsmede vakantiegeld en doorbetaling van het salaris vanaf april 2024 tot de dag waarop de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig zal eindigen. Bens heeft niet aan dit vonnis voldaan. Werknemer heeft vervolgens Alpha in kort geding gedagvaard en gevorderd dat zij, kort gezegd, al dan niet hoofdelijk met Bens, wordt veroordeeld om aan werknemer onder meer te voldoen een bedrag aan achterstallig salaris en vakantiegeld. De kantonrechter heeft de vorderingen van werknemer afgewezen. Werknemer heeft hoger beroep ingesteld. In hoger beroep staat de vraag centraal of werknemer een arbeidsovereenkomst heeft met Alpha als gevolg van overgang van onderneming.

Oordeel

Het hof is voorshands van oordeel dat voldoende aannemelijk is dat in een bodemzaak komt vast te staan dat er sprake is van overgang van onderneming. Aannemelijk is dat Alpha per 1 november 2023 de bedrijfsvoering (de zakelijke klanten) van Bens heeft overgenomen en daarmee daadwerkelijk de activiteiten van Bens heeft voortgezet. Alpha heeft de precieze contouren van de overname niet verder toegelicht, maar het hof gaat er gezien de tekst van het bericht aan de klant voorshands van uit dat de overname zag op alle zakelijke klanten inclusief de lopende contracten en de bij de klantrelaties en bedrijfsactiviteiten betrokken middelen. Of andere werknemers mee zijn overgegaan is voor het antwoord op de vraag of sprake is van een overgang van onderneming bij een economische entiteit in beginsel niet doorslaggevend. Uit het betreffende bericht treedt verder naar voren dat geen sprake is geweest van een onderbreking van de activiteiten. Aannemelijk is ook dat werknemer onderdeel uitmaakte van deze bedrijfsvoering. Alpha heeft in deze procedure namelijk niet betwist dat werknemer dezelfde werkzaamheden die hij eerst voor Bens uitvoerde, inmiddels uitsluitend voor Alpha is gaan uitvoeren. Verder heeft Alpha niet gemotiveerd betwist dat zij per 1 november 2023 de zakelijke klanten van Bens is gaan bedienen. Het enkele feit dat Bens naast Alpha nog bestaat, maakt een en ander niet anders, omdat voor een overgang van onderneming niet nodig is dat de vervreemder ophoudt te bestaan. Het voorgaande betekent dat het hoger beroep van werknemer slaagt. Vooralsnog moet worden aangenomen dat werknemer sinds 1 november 2023 in dienst is van Alpha en Alpha de verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst – die destijds met Bens gesloten is – na moet komen. Daarom vernietigt het hof het vonnis van de kantonrechter. Het hof veroordeelt Alpha om aan werknemer te voldoen een bedrag van € 10.518,95 bruto en een bedrag van € 1.725,29 bruto aan vakantiegeld (mei 2024). Ook wordt Alpha veroordeeld tot doorbetaling van loon vanaf april 2024.