Naar boven ↑

Rechtspraak

X/Cliëntenbelang Amsterdam
Rechtbank Amsterdam (Locatie Amsterdam), 31 januari 2017
ECLI:NL:RBAMS:2017:4371

X/Cliëntenbelang Amsterdam

Door zonder geldige reden intentie om een arbeidsovereenkomst te sluiten geen gevolg te geven en de leerstageovereenkomst zonder geldige reden voortijdig te beëindigen, is onrechtmatig gehandeld. Schadevergoeding € 750.

Feiten

X heeft sinds 21 juni 2016 16 uur per week werkzaamheden voor Cliëntenbelang verricht op basis van een leerstageovereenkomst in het kader van de Participatiewet (met behoud van uitkering) voor de duur van zes maanden. Cliëntenbelang heeft aan de gemeente laten weten dat de arbeidsovereenkomst per 1 oktober 2016 niet doorging en de leerstage zou worden beëindigd per 30 september 2016. X verzoekt de kantonrechter te bepalen dat Cliëntenbelang een (immateriële) schadevergoeding verschuldigd is van € 5000. Aan dit verzoek legt X het volgende ten grondslag. Cliëntenbelang had toegezegd met ingang van 1 oktober 2016 met haar een arbeidsovereenkomst te sluiten. Die toezegging had Cliëntenbelang na moeten komen, er was geen geldige reden om dat niet te doen. Zij heeft gehandeld in strijd met het goed werkgeverschap. X is in haar goede naam aangetast en zij heeft in verband met de toezegging enige tijd niet gesolliciteerd en arbeidskansen gemist.

Oordeel

X heeft zich ter zitting op het standpunt gesteld dat tussen partijen geen arbeidsovereenkomst met ingang van 1 oktober 2016 is gesloten. Gelet op dit eensluidende standpunt van partijen, zal de kantonrechter daar ook van uitgaan. Vast staat dat er wel verregaande intenties waren uitgesproken om met elkaar een arbeidsovereenkomst aan te gaan. De reden die Cliëntenbelang heeft aangevoerd om die intentie niet ten uitvoer te brengen en de leerstageovereenkomst voortijdig te beëindigen – te weten het disfunctioneren van X – volstaat niet. Cliëntenbelang heeft op geen enkele wijze het disfunctioneren onderbouwd, sterker nog, ze heeft juist meermalen aangegeven tevreden te zijn over het functioneren van X én Cliëntenbelang heeft X nimmer aangesproken op tekortkomingen in haar functioneren en aldus ook geen gelegenheid gegeven om haar functioneren te verbeteren. Door zonder geldige reden haar intentie om een arbeidsovereenkomst met X te sluiten geen gevolg te geven en door de leerstageovereenkomst zonder geldige reden voortijdig te beëindigen, heeft Cliëntenbelang naar het oordeel van de kantonrechter onrechtmatig gehandeld respectievelijk is Cliëntenbelang tekortgeschoten in de nakoming van de op haar rustende verplichting. Derhalve is zij schadeplichtig geworden. Die schade bestaat uit het feit dat X in de veronderstelling dat zij een arbeidsovereenkomst bij Cliëntenbelang zou krijgen enige tijd (circa anderhalve maand) niet heeft gesolliciteerd, waardoor zij mogelijk arbeidskansen mis is gelopen. Dat zij enig traject bij het UWV heeft gemist, heeft X onvoldoende onderbouwd evenals dat zij in haar goede naam is aangetast, aangezien is gesteld noch gebleken dat derden van het zogenaamde disfunctioneren van X op de hoogte zijn gebracht. De schade wegens het terecht anderhalve maand niet solliciteren en de daaruit voortvloeiende mogelijk gemiste arbeidskansen kon niet worden beperkt door eind oktober/begin november 2016 op een afspraak met Cliëntenbelang te verschijnen. De kantonrechter begroot de schade ex aequo et bono op een bedrag van € 750. Cliëntenbelang wordt veroordeeld tot betaling van dit bedrag.