Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/Sanoma Uitgevers BV
Gerechtshof Amsterdam, 15 november 2011
ECLI:NL:GHAMS:2011:BU9679

werkneemster/Sanoma Uitgevers BV

Sanoma aansprakelijk voor RSI-klachten redactiemedewerkster wegens schending Beeldschermbesluit

(Vervolg op AR 2010-61.) Werkneemster (49 jaar) is in 1994 als vormgeefster in dienst getreden van Sanoma. Op 29 augustus 1997 is werkneemster uitgevallen wegens ziekte en niet meer teruggekeerd bij Sanoma. Op 29 augustus 2002 heeft werkneemster Sanoma aansprakelijk gesteld voor de schade die zij lijdt als gevolg van RSI. Volgens werkneemster heeft Sanoma haar zorgplicht ex artikel 7:658 BW geschonden, door haar onder stressverhogende en ergonomisch slechte werkomstandigheden veel computerwerkzaamheden te laten verrichten. Sanoma heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van werkneemster is verjaard. Voorts meent Sanoma dat zij aan haar zorgplicht heeft voldaan. De kantonrechter oordeelde dat de vordering niet is verjaard. De kantonrechter heeft de vordering van werkneemster vervolgens afgewezen nu onvoldoende was komen vast te staan dat sprake is van een causaal verband tussen de werkzaamheden bij Sanoma en de schade. Het hof heeft bij tussenarrest geoordeeld dat gelet op het arrest van de Hoge Raad van 9 januari 2009 (BAM-arrest) de werkneemster moet bewijzen dat zij haar werkzaamheden heeft moeten verrichten onder omstandigheden die schadelijk kunnen zijn voor haar gezondheid en dat zij aannemelijk dient te maken dat zij lijdt aan gezondheidsklachten die door deze omstandigheden zijn veroorzaakt. Pas nadat werkneemster hierin is geslaagd, komt de vraag aan de orde in hoeverre Sanoma aan haar zorgplicht heeft voldaan.

Het hof oordeelt thans als volgt. Deze conclusies van Plasmans (deskundige), bezien in onderling verband en samenhang met de in de toepasselijke RI:E beschreven arbeidsomstandigheden van (geen voorlichting beeldschermwerk; slecht meubilair; hoge werkdruk; slechte verlichting) en risicofactoren voor beeldschermwerkers, is het hof van oordeel dat werkneemster heeft bewezen dat zij haar werkzaamheden voor Sanoma heeft moeten verrichten onder omstandigheden die schadelijk kunnen zijn voor haar gezondheid en dat zij aannemelijk heeft gemaakt dat zij lijdt aan gezondheidsklachten die door deze omstandigheden kunnen zijn veroorzaakt.

Sanoma heeft gesteld dat in 1997 nog niet veel bekend was over RSI en dat volstrekt onduidelijk is welke maatregelen zij had moeten nemen om de klachten van werkneemster te voorkomen. Verder heeft zij gesteld dat nakoming van haar zorgplicht de gestelde klachten niet had kunnen voorkomen. Deze stellingen kunnen Sanoma niet baten. Sinds mei 1990 zijn immers in de Europese Richtlijn 90/270/EEG minimumvoorschriften opgenomen inzake de veiligheid en gezondheid met betrekking tot het werken met beeldschermapparatuur. Deze richtlijn is verwerkt en opgenomen in het op 31 december 1992 in werking getreden Besluit beeldschermwerk (Stb. 1992, 677). Op grond van dit besluit is de werkgever onder meer verplicht tot het doen opstellen van een RI:E met het oog op een analyse van de risico's voor het gezichtsvermogen en van de lichamelijke en geestelijke belasting van beeldschermwerk, voorts tot het treffen van passende maatregelen om de risico's te ondervangen, tot organisatie van het werk zodanig dat telkens na ten hoogste twee uren het werk wordt afgewisseld met andersoortig werk of een rustpauze en tot inrichting van de werkplek overeenkomstig vastgestelde voorschriften (betrekking hebbend op onder meer apparatuur, werktafel, stoel en omgeving). Op grond van de in het Besluit beeldschermwerk opgenomen overgangstermijn dienden bestaande werkplekken uiterlijk per 31 december 1994 te zijn aangepast aan de in dat besluit gestelde eisen. Nu Sanoma voor het overige geen concrete feiten of omstandigheden heeft gesteld waaruit kan worden afgeleid dat zij heeft voldaan aan de op grond van artikel 7:658 lid 1 BW op haar rustende zorgplicht, is zij aansprakelijk voor de schade (op te maken bij staat) door werkneemster.