Rechtspraak
werknemers/IWB
Werknemers zijn statutair directeuren van IWB. Na een mislukte overname van IWB door werknemers, is de arbeidsverhouding tussen werknemers en aandeelhouders IMC verstoord geraakt. Volgens werknemers is reeds een overeenkomst tot overname tot stand gekomen. Volgens IWB niet. Daarbij komt dat er een onderzoek is gestart naar de financiƫle verslaglegging waarvoor werknemers verantwoordelijk waren. Op 7 april 2010 zijn werknemers als gevolg van dit alles per direct als bestuurder ontslagen. De arbeidsovereenkomsten lopen evenwel nog door tot 1 augustus 2010. Voor deze resterende periode zijn werknemers op non-actief gesteld en is hen een contactverbod met werknemers en personen van IWB en IMC opgelegd in verband met een lopend financieel onderzoek. Werknemers vorderen opheffing van het contactverbod om zelfstandig onderzoek te kunnen doen naar het financieel beleid alsmede informatie inzake de overname te kunnen verzamelen.
De voorzieningenrechter oordeelt als volgt. Het contactverbod is, net als de non-actiefstelling, niet in de wet geregeld en vloeit derhalve voort uit het goed werkgeverschap. Getoetst aan deze bepaling, acht de rechter het onderhavige contactverbod niet rechtmatig. Werknemers hebben belang bij informatieverstrekking. Daarnaast is in de sector (effectenhandel) waarin werknemers werkzaam zijn, vertrouwen van groot belang. De schorsing met een contactverbod is diffamerend voor werknemers.
Volgt opheffing van het contactverbod.