Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Alkmaar), 23 juli 2025
ECLI:NL:RBNHO:2025:8808
Feiten
Werkneemster is op 1 april 2022 in dienst getreden bij Kinderopvang Villa Kakelbont Heerhugowaard B.V. (hierna: Villa Kakelbont) op basis van een arbeidsovereenkomst van twaalf maanden in de functie van pedagogisch medewerkster. Op de arbeidsovereenkomst is de cao Kinderopvang van toepassing. De arbeidsovereenkomst is vervolgens eenmaal verlengd voor de duur van twaalf maanden. In een procedure bij deze rechtbank heeft de kantonrechter op 7 augustus 2024 geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst is verlengd met een jaar tot en met 31 maart 2025. Ook heeft de kantonrechter geoordeeld dat Villa Kakelbont de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig heeft opgezegd, heeft hij deze opzegging vernietigd en heeft hij Villa Kakelbont veroordeeld tot loondoorbetaling tot het moment dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is geëindigd. Werkneemster verzoekt Villa Kakelbont te veroordelen tot betaling van de aanzegvergoeding en achterstallig loon.
Oordeel
De kantonrechter oordeelt als volgt.
Achterstallig loon
Omdat Villa Kakelbont de berekening van werkneemster onvoldoende gemotiveerd heeft betwist, gaat de kantonrechter uit van de juistheid van die berekening. Villa Kakelbont wordt veroordeeld tot betaling van achterstallig loon van € 1.659,79 bruto.
Aanzegverplichting
Villa Kakelbont stelt zich op het standpunt dat zij het niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst heeft aangezegd met een e-mail van 6 februari 2025. Voorafgaand aan deze e-mail hebben partijen gecorrespondeerd over een verslag van de bedrijfsarts en een second opinion en het plannen van een gesprek om daarover afspraken te maken. De e-mail is daar een reactie op en kan niet worden aangemerkt als een aanzegging dat de arbeidsovereenkomst niet zal worden verlengd. De e-mail is – kort gezegd – te vaag over het al dan niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst door Villa Kakelbont (zo stelt Villa Kakelbont zaken te willen ‘bespreken richting afronding’). Villa Kakelbont is dus de schriftelijke aanzegverplichting niet nagekomen en is aan werkneemster een aanzegvergoeding verschuldigd van € 1.843,11 bruto.