Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Gemeente Lopik
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Arnhem), 19 augustus 2025
ECLI:NL:GHARL:2025:5125
Voormalig gemeenteambtenaar moet schade gemeente vergoeden die het gevolg is van mede door ambtenaar opgezette constructie om gemeente te benadelen. Geen benadeling in de zin van Wet bescherming klokkenluiders.

Feiten

Werknemer is in de periode van 2010 tot juli 2017 werkzaam geweest bij de gemeente Lopik (hierna: de gemeente). Hij was werkzaam op de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer en hield zich bezig met het rioolbeheer en rioolonderhoud binnen de gemeente. Werknemer heeft begin 2015 RCW aannemingsmij B.V. (hierna: RCW) geïntroduceerd bij de gemeente voor het uitvoeren van rioleringswerken. Werknemer had daarbij – aanvankelijk zonder dat de gemeente dit wist – een dubbelrol, doordat hij nauw betrokken was bij RCW en ook financieel profiteerde van de inkomsten van RCW. Werknemer is door de gemeente aangewezen om goedkeuring voor de uitvoering van het werk te geven. Werknemer heeft per 1 juli 2017 eervol ontslag gekregen. In december 2017 is de gemeente erachter gekomen dat bestanden op haar server werden gewist door een onbekende. Naar aanleiding hiervan is een strafrechtelijk onderzoek gestart. Werknemer is op 12 februari 2018 als verdachte aangehouden. De rechtbank Midden-Nederland, afdeling strafrecht, heeft werknemer onder meer veroordeeld voor het medeplegen van valsheid in geschrifte en verduistering in dienstbetrekking. De gemeente heeft in de civiele procedure bij de rechtbank gevorderd dat werknemer wordt veroordeeld tot betaling van onder meer een schadevergoeding. De gemeente verwijt werknemer dat hij haar heeft benadeeld door ervoor te zorgen dat de gemeente te veel betaalde voor de werkzaamheden van RCW. Bij het in rekening brengen van de werkzaamheden zouden facturen zijn vervalst, omdat er meer werkzaamheden in rekening zijn gebracht dan er zijn verricht, welke facturen door werknemer zijn goedgekeurd. Werknemer heeft volgens de gemeente onrechtmatig gehandeld, mede vanwege zijn betrokkenheid bij RCW en het financieel profiteren van de werkzaamheden voor de gemeente. RCW was een constructie om de gemeente te benadelen, aldus de gemeente. Werknemer en RCW zijn door de rechtbank hoofdelijk veroordeeld tot betaling van € 786.021,68 aan schadevergoeding. Beide partijen komen tegen het vonnis in hoger beroep.

Oordeel

Het hof oordeelt als volgt.

Benadeling in de zin van Wet bescherming klokkenluiders

Werknemer heeft zich erop beroepen dat hij een klokkenluider is en dat zowel de strafzaak als deze civiele zaak benadeling is in de zin van de Wet bescherming klokkenluiders. Volgens werknemer moet de gemeente aantonen dat er geen sprake is van het door werknemer gestelde complot van (ten minste) zeven ambtenaren bij de gemeente om hem strafbare feiten in de schoenen te schuiven, om zo misstanden in aanbestedingen door de gemeente en de daarmee verbonden ambtelijke corruptie toe te dekken. Het hof volgt werknemer hierin niet. Zelfs als werknemer een klokkenluider is van onregelmatigheden in aanbestedingen van werken bij de gemeente, is daarmee geen rechtvaardiging gegeven voor een (mede) door werknemer gepleegde fraude. Als komt vast te staan dat werknemer de door de gemeente gestelde fraude heeft gepleegd, heeft de gemeente naar het oordeel van het hof daarmee ook bewezen dat het instellen van deze civiele procedure niet veroorzaakt is door klokkenluidermeldingen van werknemer. De oorzaak van de procedure ligt dan immers in de door werknemer gepleegde fraude.

Werknemer heeft onrechtmatig gehandeld

Het hof komt ten aanzien van het onrechtmatig handelen van werknemer tot dezelfde conclusie als de rechtbank. Onvoldoende gemotiveerd is betwist dat werknemer vanaf het begin bij de oprichting van RCW betrokken was en financieel heeft geprofiteerd van de werkzaamheden voor de gemeente, dat hij heeft bewerkstelligd dat de gemeente het contract met RCW is aangegaan en namens de gemeente facturen en een tariefsverhoging heeft goedgekeurd en dat hij ook betrokken was bij het opmaken van valse facturen en dat RCW geen betekenisvol werk heeft verricht. Hieruit volgt dat RCW inderdaad een constructie was om de gemeente te benadelen en dat kwalificeert als een onrechtmatige daad in groepsverband. Het hof kan met de voorliggende gegevens niet vaststellen welke schade is toe te rekenen aan de werkzaamheden aan het riool. De gemeente wordt in de gelegenheid gesteld de hoogte van de schade nader te onderbouwen. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.