Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/X
Rechtbank Noord-Holland, 16 maart 2016

werknemer/X

Verzoekschrift strekkende tot vernietiging ontslag op staande voet is niet gericht aan werkgever, maar aan ‘overgrootmoeder’ van werkgever. Werknemer niet-ontvankelijk in verzoek.

Werknemer is op 1 augustus 2012 in dienst getreden. Op 16 november 2015 is hij op staande voet ontslagen. Werknemer beroept zich op de vernietigbaarheid van het ontslag. X, gedaagde in deze procedure, stelt zich op het standpunt dat werknemer nooit bij haar in dienst is geweest. Volgens X moet werknemer daarom niet-ontvankelijk worden verklaard.

De kantonrechter oordeelt als volgt. X wijst op de arbeidsovereenkomst waarin Y als werkgever is aangeduid en waarop het logo van Y is afgebeeld. Verder verwijst X naar een salarisspecificatie en correspondentie. X sluit geen arbeidsovereenkomsten en Y is een ‘achterkleindochter’. De ontslagbrief is ondertekend door de directeur van Y. Werknemer is niet op de zitting verschenen en ook anderszins is niets meer van hem vernomen. Daarmee is het gemotiveerde verweer van X niet weersproken en moet als vaststaand worden aangenomen dat werknemer niet in dienst was bij X, maar bij Y. Dit houdt in dat het verzoek van werknemer is gericht tegen de verkeerde partij, zodat werknemer daarin niet-ontvankelijk wordt verklaard.

  • Instantie: Rechtbank Noord-Holland
  • Datum uitspraak: 16-03-2016
  • Roepnaam: werknemer/X
  • Zaaknummer: 4747313 \ OA VERZ 16-10 BL
  • Nummer: AR-2016-0281
  • Onderwerpen: Overige (7:677 BW)
  • Trefwoorden: ontslag op staande voet, niet-ontvankelijkheid en verkeerde partij