Rechtspraak
Rechtbank Overijssel, 12 september 2012
ECLI:NL:RBALM:2012:BX7284
Coöperatieve Rabobank Noord Twente U.A./werknemer
Na eerdere dienstverbanden bij Rabobank-vestigingen, is werknemer op 1 maart 2011 in dienst getreden van Rabobank Noord Twente als Manager Control. Thans verzoekt Rabobank ontbinding wegens disfunctioneren. In het bijzonder zijn klachten van medewerkers ontvangen over de wijze van communiceren van werknemer. Rabobank heeft werknemer begeleid om hieraan te werken maar dit heeft onvoldoende opgebracht. Rabobank biedt een vergoeding van € 20.000 aan. Werknemer betwist dat sprake is van disfunctioneren.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Nu een vruchtbare samenwerking niet meer mogelijk is, wordt de arbeidsovereenkomst ontbonden. Ten aanzien van de vergoeding wordt overwogen dat Rabobank heeft nagelaten om middels een assessment vast te stellen of werknemer over de competenties beschikt die Rabobank een vereiste vindt om de functie van Manager Control goed te kunnen vervullen. Een dergelijk onderzoek uit laten voeren was niet alleen geïndiceerd gelet op de inhoud van de functie maar ook omdat de functie van Manager Control bij de Rabobank zwaarder was dan dezelfde functie die werknemer vervulde bij zijn vorige kleinere werkgeefster. Rabobank heeft zich voldoende ingespannen om werknemer in staat te stellen zijn functioneren te verbeteren tot het door Rabobank gewenst niveau. Gelet echter op hetgeen over en weer is aangevoerd is er niet zozeer sprake bij werknemer van ‘niet willen’ maar van ‘niet kunnen’. Anderzijds wist werknemer, althans kon hij weten dat de inhoud van zijn functie bij Rabobank zwaarder was dan bij zijn vorige werkgeefster en heeft ook hij een risico genomen door de vorige arbeidsovereenkomst zelf te beëindigen. Gelet op de bepalingen uit de CAO Rabobank dient als datum van indiensttreding 16 juni 1991 aangemerkt te worden. Gelet op alle omstandigheden van het geval, waaronder de leeftijd van werknemer, de niet als slecht in te schatten positie op de arbeidsmarkt en, toch, korte dienstverband bij Rabobank, acht de kantonrechter € 87.162,30 bruto (C=0,75) een billijke vergoeding.