Werknemer is sinds 1 april 1999 in dienst van Santana, laatstelijk in de functie van bedrijfsleider. Op 18 mei 2009 is werknemer op staande voet ontslagen wegens diefstal van een fles Bacardi. Werknemer heeft de nietigheid van het ontslag ingeroepen, stellende dat van diefstal geen sprake is geweest, maar dat hij de fles aan een collega horecaondernemer heeft uitgeleend. Op 3 juli 2009 heeft de rechter verzoek van Santana de arbeidsovereenkomst per 1 augustus 2009 ontbonden onder toekenning van een vergoeding van € 37.706 aan werknemer. Santana heeft vervolgens het ontbindingsverzoek ingetrokken. Thans verzoekt werknemer voorwaardelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde arbeidsrelatie.

De kantonrechter oordeelt als volgt. De arbeidsovereenkomst wordt ontbonden wegens een verstoorde arbeidsrelatie. Anders dan in de beschikking van 3 juli 2009 is de kantonrechter thans van mening dat het verhaal van werknemer totaal niet geloofwaardig is en dat naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter in de kortgedingzaak sprake is van een terecht verleend ontslag op staande voet. Omdat werknemer de daaruit voortvloeiende verstoorde arbeidsrelatie aan zichzelf heeft te wijten, komt hem geen vergoeding toe.

Volgt voorwaardelijke ontbinding zonder toekenning van een vergoeding.