Rechtspraak
Werknemer is sinds 6 april 1998 in dienst van Reitsma in de functie van timmerman. Reitsma heeft op 29 mei 2009 met toestemming van het UWV WERKbedrijf de arbeidsovereenkomst per 21 september 2009 opgezegd. Werknemer heeft gedurende de opzegtermijn op 20 augustus 2009 een ontbindingsverzoek ingediend wegens veranderingen van de omstandigheden. Volgens werknemer heeft Reitsma verwijtbaar gehandeld door hem geen vergoeding aan te bieden. Reitsma stelt zich op het standpunt dat werknemer een kennelijk onredelijk ontslagprocedure dient te starten. Daarnaast beroept Reitsma zich op het habe nichts, habe wenig-verweer.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Werknemer is ontvankelijk in zijn verzoek, omdat artikel 7:685 BW spreekt van 'te allen tijde'. De door werknemer verzochte ontbindingsvergoeding (C=2) wordt evenwel afgewezen, wegens de zeer slechte bedrijfseconomische omstandigheden van Reitsma.
Volgt ontbinding van de arbeidsovereenkomst zonder vergoeding.