Rechtspraak
Bonden en het Land zijn in geschil over indexering van het loon. De bonden hebben collectieve acties aangezegd. Het Land is de mening toegedaan dat er geen recht op collectieve actie is voor ambtenaren. Het Gem.Hof oordeelt als volgt.
Bij het op 22 april 1980 voor het gehele Koninkrijk in werking getreden Europees Sociaal Handvest van 18 oktober 1961 is wat betreft artikel 6 een voorbehoud gemaakt voor in overheidsdienst zijnde werknemers (zie: Trb. 1980, 65). Het was de bedoeling dat dit voorbehoud tijdelijk zou zijn. Sindsdien is in Nederland rechtspraak tot ontwikkeling gekomen waarbij acties in de overheidssector op gelijke wijze worden beoordeeld als die in de particuliere sector, zij het dat bij sommige categorieën ambtenaren sneller wordt aangenomen dat er sprake is van misbruik van het recht op collectief actievoeren. Deze aansluiting bij het beoordelingskader van de particuliere sector geldt op grond van het concordantiebeginsel ook in Aruba. Er zijn geen Arubaanse maatschappelijke opvattingen die tot een ander oordeel aanleiding geven. Noch de omstandigheid dat in het Wetboek van Strafrecht van Aruba de strafbaarstelling van actievoering door ambtenaren niet is afgeschaft, noch de omstandigheid dat het Europees Sociaal Handvest van 3 mei 1996 voor Aruba niet in werking is getreden (zie voor Nederland: Trb. 2006, 128), is gebaseerd op van de Nederlandse afwijkende Arubaanse maatschappelijke of politieke opvattingen over het recht van ambtenaren op collectief actievoeren. Overigens is een voorstel voor een nieuw Wetboek van Strafrecht van Aruba in voorbereiding, waarin voorgesteld wordt voornoemde strafbaarstelling af te schaffen. Ambtenaren en gelijkgestelden hebben derhalve in beginsel een recht op collectief actievoeren, dat getoetst dient te worden aan de hierna te bespreken regels.
Het middel van collectief actievoeren mag slechts worden gebruikt als ultimum remedium. In gevallen waarin partijen onderhandelingen hebben gevoerd, dient de rechter niet spoedig aan te nemen dat deze regel is geschonden. Het recht op collectief actievoeren mag niet worden misbruikt. Van misbruik is sprake indien de bonden op grond van afweging van alle omstandigheden van het geval in redelijkheid niet de collectieve acties mogen voeren of voortzetten. Het GEA heeft terecht aan de door de acties getroffen belangen van nationale veiligheid, zoals die van brandbestrijding en acute hulpverlening, een zwaarder gewicht toegekend dan aan de door de acties getroffen economische belangen, zoals die van de toeristische sector. Het verbod op staking wordt afgewezen.