Geen sprake van leeftijdsdiscriminatie, aangezien bij het bereiken van de 30e verjaardag het perspectief wijzigt van onderwijs naar werk. Dit is een objectieve rechtvaardiging voor een leeftijdsgrens van 30 jaar.

Het beroep van appellant op het arrest Korosec wordt niet gevolgd, aangezien sprake was van een zorgvuldig onderzoek en een deugdelijke medische grondslag van het genomen besluit.

Toetsing van de beoordeling van verzekeringsarts van UWV in het licht van het arrest Korosec levert geen onregelmatigheden op.

UWV heeft de WAO-uitkering van appellant terecht teruggevorderd, aangezien appellant niet aan zijn inlichtingenplicht heeft voldaan.

UWV heeft niet deugdelijk gemotiveerd waarom werkgever niet aan haar re-integratieverplichtingen heeft voldaan. Het besluit strekkende tot een loonsanctie moet worden herroepen.

UWV heeft terecht vastgesteld dat werkgever en werknemer geen bevredigend resultaat als bedoeld in de Beleidsregels en de RIV-toets hebben bereikt.

Gelet op de persoonlijke situatie van werknemer kan uit het feit dat er slechts drie sollicitaties zijn gedaan niet worden geconcludeerd dat appellante onvoldoende re-integratie-activiteiten heeft verricht.

Onverkorte toepassing beleid zou tot onevenredige gevolgen leiden; besluit wordt herzien met terugwerkende kracht van vijf jaar in plaats van één jaar.

UWV heeft ten onrechte standpunt ingenomen dat geen sprake was van een privaatrechtelijke dienstbetrekking; onvoldoende grondslag voor conclusie dat geen sprake was van een gezagsverhouding.

De door verzoekster gedane betalingen ter hoogte van 70% van het laatstverdiende loon in het derde ziektejaar vloeit niet rechtstreeks voort uit verzoeksters re-integratieverplichtingen. In het geval van de ten onrechte opgelegde loonsanctie kan dan niet worden gezegd dat die betalingen een op UWV te verhalen schadepost vormen.