Loon ingehouden door vermeend tekort aan vakantiedagen. Geen bewijs voor stelling tekort aan verlofuren. Vordering werknemer van € 1.763,64 toegewezen.

Loonvordering en artikel 7:611 BW. Werknemers hebben recht op een extra toelage vanwege de bezwarendheid van hun functie.

Werknemer wordt in de gelegenheid gesteld tegenbewijs te leveren tegen de stelling van werkgeefster dat hij een bedrag van ten minste € 44.242,11 uit de kassa van werkgeefster heeft weggenomen door middel van het veelvuldig aanslaan van minbonnen.

Tussenvonnis. Zijn partijen een rechtsgeldig all-in loon overeengekomen en heeft werknemer recht op 70% of 100% van het loon tijdens tweede ziektejaar?

Tussenvonnis. Bevel ex artikel 22 Rv om aan de hand van onderliggende bescheiden nader te onderbouwen dat eiser in 2019 en/of 2020 geen recht had op een variabele beloning.

Ontbinding arbeidsovereenkomst van commercieel directeur op de e-grond wegens het onder werktijd onderhouden van een (seksuele) affaire met de vrouw van een ondergeschikte. Geen transitievergoeding. Terugbetaling loon over de tijd dat werknemer hierdoor niet aan het werk was. Gedeeltelijke vernietiging concurrentie- en relatiebeding.

Kort geding. Loonvordering bestaande uit een aanspraak op uitbetaling van loon over de maand juli 2022, vermeerderd met 8% vakantietoeslag, wordt toegewezen.

Toewijzen loonvordering in hoger beroep. Werkgeefster heeft onvoldoende gemotiveerd dat het niet verrichten van werkzaamheden door naar het buitenland te vertrekken in redelijkheid voor rekening van werknemer behoort te komen.

Vervolg op AR 2022-0756. Eindvonnis omtrent de berekening van wat nog betaald moet worden aan voormalig werknemer.

Recht op loon tijdens vakantie (art. 7:639 BW). Werknemer stelt dat hij gedurende zijn vakantie te weinig loon heeft ontvangen. Werknemer vordert een gemiddeld bedrag aan onregelmatigheidstoeslag en een toeslag voor overuren. Beroep op rechtsverwerking verworpen.