Naar boven ↑

Rechtspraak

werkgever/werknemer
Rechtbank Oost-Brabant, 25 juli 2012

werkgever/werknemer

Herstelbeschikking. Kantonrechter maakt fout bij berekening inkomensverlies, waardoor ontbindingsvergoeding € 20.000 te hoog is uitgevallen. Sprake van een ‘andere kennelijke fout’ als bedoeld in artikel 31 Rv

Bij beschikking van 29 juni 2012 heeft de kantonrechter de arbeidsovereenkomst van werknemer wegens het vervallen van zijn functie ontbonden. Een vergoeding in de vorm van een suppletie van de WW-uitkering gedurende 36 maanden werd billijk geacht. De kantonrechter heeft de vergoeding berekend op € 61.452 bruto. De gemachtigde van werkgever verzoekt thans om een herstelbeschikking, omdat de kantonrechter een rekenfout heeft gemaakt. Bij de berekening is ten onrechte uitgegaan van een inkomensverlies van € 1.707. Dit inkomensverlies is berekend op basis van de aanname dat werknemer aangewezen zal zijn op een inkomen van € 2.036. Namens werkgever is aangevoerd dat daarbij een rekenfout is gemaakt, doordat ten onrechte niet is uitgegaan van 70% van het maximum dagloon, maar daar nogmaals 70% van is genomen, terwijl bovendien het in acht genomen dagloon onjuist is.

De kantonrechter moet - tot zijn grote spijt - constateren dat inderdaad een verkeerde berekening is gemaakt van het te verwachten inkomensverlies. Het berekende loon van werknemer overtreft het maximum dagloon niet en in dat geval merkt werkgever terecht op dat het in acht te nemen dagloon € 172,09 bedraagt. Een inkomensverlies van 30% laat zich dan berekenen op € 1.123 bruto per maand. De vraag is dan of er sprake is van een rekenfout, schrijffout of kennelijke fout als bedoeld in artikel 31 Rv. In de rechtspraak wordt hierover verschillend gedacht en ook de wetsgeschiedenis is voor verschillende uitleg vatbaar. In het onderhavige geval is sprake van een vergissing. Het gemaakte verwijt ziet niet op een materieel verkeerde beoordeling van het geschilpunt. Voldoende is voldaan aan het vereiste ‘kennelijkheid’, zodat deze ‘andere kennelijke fout’ als bedoeld in artikel 31 Rv zich leent voor herstel. Hierbij wordt in aanmerking genomen dat hoger beroep tegen een ontbindingsbeschikking niet mogelijk is. Op grond van de juiste berekening heeft werknemer recht op een ontbindingsvergoeding van in totaal € 40.788 bruto.

  • Instantie: Rechtbank Oost-Brabant
  • Datum uitspraak: 25-07-2012
  • Roepnaam: werkgever/werknemer
  • Zaaknummer: 825915/141
  • Nummer: AR-2012-0734
  • Onderwerpen: Overige
  • Trefwoorden: ontbinding, herstelbeschikking, kennelijke fout en foutieve berekening inkomensverlies